|
Koncentratiekamp
Sonnenburg |
Tekst uit de
documentatie van Louis van Beneden, |
Blz 112 Deel VI Poolse vertaling K. Muskalla |
De tweede groep gevangen die gedeporteerd werden naar de gevangenis van Sonnenburg waren Belgische terroristen, genaamd “Nacht en Nevel”. Volgens het Ministerie van oorlog, het ministerie van volksgezondheid en de families in België, kunnen wij vaststellen dat tussen 1942-1945 zowat 386 Belgen de gevangenis van Sonnenburg zijn gepasseerd wegens acties N.N. Velen van de gevangen Belgen hebben hun leven verloren. Eén van die Belgen vertelde zijn levenstoestand in de gevangenis van Sonnenburg. Vanaf de eerste dag 24-5-1943 heb ik ingezien dat dit kamp het smerigste en de onmenselijkste gevangenis was. Tevoren heb ik nooit een koncentratiekamp gekend. Wij hebben geslapen in stinkende kamers sommige onder het dak met een beetje stro vol beestjes. Het ondergoed dat om de 8 weken werd omgewisseld en als wij het terugkregen waren die even vuil en zwart als voorheen. Sommige gevangenen hebben geweigerd hun kleren af te geven aan de wasserij; zij behielden liever hun kleren dan die van anderen aan te trekken, een bad was om de twee maanden toegelaten, twee minuten in de kelder zomer en winter met de vensters open. Nota: De opzoekingen naar dokumenten gebeurde langs het Ministerie en de families der gevallen Belgen die gevallen zijn door het Hitlerbanditisme, de opzoekingen gebeurden door de speciale commissie van Zielona Gora (dalej OKBZH) Ds 6/66. Blz 113 Het eerste transport met Belgische gevangenen die aankomen te Sonnenburg noteren wij al op 12/4/1942. Die gevangenen waren veroordeeld tot zware straffen zelfs tot de doodstraf. Voor hun aankomst in Sonnenburg hadden die Belgen al verschillende gevangenissen achter de rug bv. Breendonk, St Leonard, St Gillis, de citadel van Luik en gevangenissen in Duitsland als Aken, Hamburg, Wolfenbüttel, Hammeln, Esterwegen, Papenburg, Düsseldorf, Berlijn-Alexanderplaats, Saarbrücken. In het jaar 1943 komen nog transporten uit Reinbach, Wuppertal, Bochum, Essen waar het Duits gerecht was gevestigd voor het behandelen en uitspreken van vonnissen der Belgische “nacht en nevel” gevangenen. Wat later komen nog gevangenen uit Brussel en Schwabisch-Hall. De Belgische gevangenen die als eersten in Sonnenburg werden geregistreerd waren Marcel Watrice(3) arbeider in de Post en sorteerder van de gazette “Le Postier, en advokaat Albert Depelsenaire(4) aangehouden wegens ondergrondse aktiviteiten. “L’ Armée des partisans = Belgisch partizanenleger” werd op 19/1/1942 tot de doodstraf veroordeeld.
Armand Mombaerts
– Leuven – 3/8/1948 fotocopie verzameld door auteur. Blz. 114 Verder zijn Albert Maernoudt en Jules van Heule op 29/7/1941 veroordeeld tot levenslang gevangenisstraf, door het Oberreichskriegsgericht in Charlottenburg bij Berlijn. Zij werkten voor “de groep Hobben”; Jules van Heule was Officier bij het Belgisch leger. Albert Maernoudt was voor zijn aanhouding internationaal directeur voor telekommunikatie te Antwerpen. Zo is er een internationaal net opgericht onder de naam “Williams”, geleid door Emmanuel Hobben, die berichten hebben overgebracht tussen Engeland en België (22/4/1941). Bij het afluisteren van de Duitse Wehrmacht die berichten uitzond is de groep Williams in ongenade gevallen en haar leden aangehouden. Van de 26 leden van de groep Hobben zijn er op 11/11/1942 10 doodgeschoten te Berlijn, de 16 overgebleven zijn tot levenslang veroordeeld. Albert Maernoudt en Jules van Heule zijn naar Sonnenburg gestuurd. In de akte van beschuldiging stond geschreven dat leden van de groep Williams tegen de Duitsers hebben gewerkt en berichten naar Engeland hebben doorgezonden. Albert Maernoudt als telekommunicatiedirecteur in Antwerpen werd er van beschuldigd radiozenders te hebben bezorgd. Twee andere leden van de groep Williams genaamden André Thielemans en Kpt Leon Traets waren op 26/10/1942 te Sonnenburg gedeporteerd en waren veroordeeld tot 5 jaar dwangarbeid. Het was niet bekend wanneer Kpt. Traets is gestorven in Sonnenburg. Fotocopie bevestigt die straffen die uitgesproken zijn tegen Emmanuel Hobben en anderen. Georges Michotte ere Luitenant Kolonel bevestigt schriftelijk, dat André Thielemans na den oorlog in Brussel woonde, maar Leon Traets is Sonnenburg in gestorven. Blz 115. In November 1942 gebeurde de volgende deportatie naar Sonnenburg: Guillaume Deneyer lid van het Armee Secrete, Herman Vrieslander en Fernand Brismer. Zij werden te Essen tot 7 jaar gevangenis veroordeeld voor het oversmokkelen van jonge Belgen via Frankrijk naar Engeland en spionage. De 6/8/1942 moeten Paul Hoornaert, Kommandant van het Legioen national en 15 anderen van dezelfde organisatie, voor het Kriegsgericht van de 526 devision in Aachen verschijnen. Zij werden allemaal beschuldigd van onwettige wapendracht, voor het dragen en drukken van pamfletten tegen de Duitsers en Spionage. 8 van die mannen hebben de doodstraf gekregen. Bij kommandant Paul Hoornaert van het Legion National werd de straf tot 15 Jaar omgezet. De rest van die mannen hebben een straf tussen 2 en 7 jaar gekregen. De straf van Edmond Georges die ter dood veroordeeld was, werd omgezet in 15 Jaar. Bij Edmond Georges zijn niet alleen wapens gevonden maar ook documenten waarop stond geschreven ‘vriendschap tussen Frankrijk en België tegen het Hitlerregime.’ In die documenten stond ook geschreven , volgens het Légion national dat de koridoor in Pruisen wel van Polen is, omdat daar de Poolse taal wordt gebruikt. Bij Georges werd nog een brief gevonden zonder datum of afzender maar bekent als Belg die Duitsgezind is geweest en naar de overwinning van de nazi’s verlangde. Hij had nog een landgenoot verklikt die voor Engeland spioneerde, daarop stond de kogel. Volgens de Duitse overheid waren nog andere Belgen opgesloten in de gevangenis van Sonnenburg, hier die Namen: Derissen Emil, Kloeberghs Jozef, Seillier Robert, Rachild André, Boutet Moise, Gorski Konstantin, Degent Alfons (archief van de auteur.) Blz.116 Na het Proces in Aken (Aachen) op 2/12/1942 werden de N.N. gevangene Edmond Georges, Paul Hoornaert, en Jacques Folville een 20 jarige student met een straf van 7 jaar naar Sonnenburg gebracht. Een zekere Georges Gena ook in Sonnenburg werd daar vrijgesproken aan gebrek aan bewijzen maar werd overgeleverd aan het Hoofdbureau in Deutschland (R.S.H.A.) vandaar werd hij in het koncentratiekamp van Dachau gezet. (Het Legioen Belge bestaat al van voor de oorlog (1927) en werd geleid door Paul Hoornaert, deze ondergrondse beweging is nationalistisch geweest tegenover de andere bewegingen die voor en na de oorlog in België werkzaam waren. Deze Kommandant van het Legion Belge kunt ge vergelijken met Leon Degrelle, die is trouw gebleven aan zijn organisatie en werkte tegen de bezetter. Na enkele weken Duitse bezetting zijn de leden van het vreemdelingenlegioen overgestapt naar de geheime dienst (Legion Belge). Van in de bezetting was deze organisatie toegelaten geweest, omdat de Duitse bezetter gerekend had langs familieleden met Hoornaert samen te werken, dat is echter mislukt. Fotocopie (8) van proces 6/8/1942. – Georges Gena uit Huy (Hoei) geb. 11/11/1916 beroep boekhandelaar gestorven in het koncentratiekamp in Dachau 25/10/1944. Blz 117 Hoornaert samen met sekretaris Generaal Fernand Dirix hebben de naam van vreemdelingenlegioen omgezet in ondergrondse beweging. Op 19 augustus 1941 heeft de Duitse kommandant voor België en Noord-Frankrijk alle bewegingen van het vreemdelingenlegioen verboden. Op 22 september beginnen massale arrestaties met Hoornaert erbij. Het Legioen Belge is door de Gestapo en Feldpolizei geslagen. Op heden draagt de ondergrondse beweging een andere naam nl Hoornaert-Dirix. In juni 1944 zijn zij naar de geheime dienst overgestapt. Om hun verder bestaan tijdens de bezetting aan te kondigen hebben zij beroep gedaan op Belga Press, op de naam van de gazetten Le Soir, Le pays Réel en Volk en Staat. Op dat ogenblik heeft de Duitse bezetter een eind gemaakt aan alle activiteiten van Legion Belge. Bij het ontstaan van Legion Belge hebben zij alle rechten verdedigd zowel politiek als op militair gebied, zelfs met Frankrijk en Engeland hebben zij hun kontakten onderhouden. Vele officieren en onderofficieren die dachten aan hun vrijheid, hebben zich laten meeslepen, om samen te werken met de bezetter. Bij het uitvoeren van kontroles en huiszoekingen zijn de Duitsers er in gelukt vele wapens, munitie en propagandamateriaal in beslag te nemen, 60 leden van Legion Belge zijn aangehouden en bedacht met zware straffen. Fotocopie van 19/8/1941 bewijst dat het vreemdelingenlegioen zijn activiteiten verder gezet heeft. Geheime Feldpolizei (G.F.P.) die in de Duitse wehrmacht werden ingezet hebben opdracht gekregen sabotage te verrichten in de Bezette gebieden. Blz 118 De overgebleven gevangenen waren met hun straf tevreden, enkele personen wilden een eind maken aan hun beweging en hebben zich verzoend met de bezetter.(13) In de rapporten van SS Oberscharführer Holm van de Gestapo in Antwerpen van 24/01/1941 lezen wij welk plan er was opgevat en de vooruitzichten om de tegenstand te onderdrukken. Wij lezen dat het vreemdelingenlegioen jonge mannen had opgeleid om aanvallen te doen op de zwarte brigade. Verschillende malen hebben zij groepen van de Vlaamsche SS afgeslagen. (14) Zo heeft het legioen veel moeilijkheden ondervonden. Het feit is dat Paul Hoornaert en enkele leden van het vreemdelingenlegioen naar Duitsland zijn gedeporteerd als gevangene N.N. Het betekent voor de groep wel een verzwakking maar belet niet hun ondergrondse aktiviteiten voort te zetten. Hoornaert-Dirix is een goed opgeleide groep geweest zoals militairen die gevochten hebben tot de bevrijding. De leden van de groep Hoornaert-Dirix hebben getracht tientallen Engelse piloten en soldaten die verloren waren op Belgische bodem of uit kampen waren ontvlucht, te laten overbrengen naar Engeland. Ook hebben zij die mensen gered die uit de koolmijnen in Limburg waren ontvlucht. Na de oorlog werden zij de helden van de 2de wereldoorlog genoemd. Hoornaert en nog drie andere medewerkers werden in Aken veroordeeld. Gedurende de jaren 1942-44 in Sonnenburg zijn nog tientallen anderen veroordeeld van deze groep. Ziehier hun namen: Paul Masureel, student; Robert Dumortier, Joseph Mollet, Donnaat Tommelein, Albrecht van de Casteele, René Molleman, Raymond Decloedt, en Fernand Gailly. - Le Soir 2/12/1941-(14) Fotocopie van rapport opgemaakt door de SS Oberscharführer Prof??? in de kriminologie Holm in Antwerpen 24/10/1941 volgens schrijver- (15) Paul Masureel Geb. 7/12/1923 Gestorven 15/2/1944 in Sonnenburg, Graf nr 587 volgens schrijver. Blz 119 Albert Opsomer (16), Henri Vaessen (17) Fernand L’Hair (18), Modeste Garmyn, Roger Lauwereys, Louis Timmermans, Gaston Cones, Germain Pollet, Louis van Grotenbril en Alphonse Goris. Na zijn terugkeer uit Sonnenburg beschreef baron Jean de Radigues de Chennevrieres zijn belevenissen in een boek voor zijn familie en kinderen uit zijn 36 maanden verblijf in Hitlers kampen. In dit boek herdenkt hij ook zijn vriend Paul Hoornaert met wie hij zijn cel heeft gedeeld. In de bewerking beschrijft de baron het verschrikkelijk banditisme van de moordenaars. Overal loerde de dood. Op een morgen hebben wij geprobeerd een gevangene wakker te maken die al overleden was, een andere gevangene liet op zijn werk plotseling een hevig geschreeuw horen en viel dood, zo zijn er maandelijks 150 gevangenen gestorven. Op het werk, op de wandeling of noem maar op. De Duitsers hadden angst voor besmetting, en verplaatsten onze doden gemaskerd en met plastic handschoenen. Alvorens ze in de kisten met zagemeel werden gelegd, werden zij eerst ontdaan van hun gouden tanden. Van dit alles ben ik getuige geweest van het gebeurde. Meermaals wilde ik mijn notaboekje wegwerpen omdat ik dacht dat het nutteloos was de gebeurtenissen en baldadigheden die hier gebeurden op te schrijven. Wij moesten oppassen dat onze bewakers niets merkten, en ons ook niet uitlachten door ons leed en miserie. -Albert Opsomer geb. 22/3/1918 gestorven op 7/3/1945 in het koncentratiekamp van Mauthausen; Henri Vaessen geb 31/10/1921 bezocht in mei 1978 het graf van Paul Hoornaert terwijl hij bloemen neerlegde stierf hij ter plaatse 24/5/1979 (18). Fernand L’Hair uit Brugge is in Sonnenburg geweest van 5/9/1944 als gevangene No1476/43, in november is hij overgeplaatst naar Sachsenhausen, vandaar naar Bergen-Belsen waar hij is gestorven op 17/2/1945. Blz 120 Bij een andere gevangene hebben wij een spiegeltje voor de mond gehouden om te kontroleren of hij nog ademde, was dat niet het geval dan werd de bewaker verwittigd. Op hun komst moesten wij lang wachten, op den duur zijn er twee verplegers gekomen die de dode op een draagberrie meenamen, al lachend zingend dansend en noem maar op. God weet wat zij met de doden nog allemaal hebben gedaan. Wij hebben met onze kameraden meegeleefd. Tenslotte is alles nutteloos geweest. Ik persoonlijk heb medelijden, s’ nachts komen soms nog de tranen in mijn ogen als ik denk aan die kameraden die zijn gestorven voor onze vrijheid, die hun vader, moeder, vrouw en kinderen in de steek hebben gelaten, dan stel ik mij de vraag wat heeft, wat is hierdoor veranderd? Paul Hoornaert heb ik leren kennen de eerste dag bij zijn aankomst in Sonnenburg, wij sliepen in dezelfde kamer op stro, en hebben in hetzelfde water onze was gedaan. Na enkele dagen is hij bij mij in het werkhuis komen werken. Iedere avond werd hij omringd door kameraden en voerden zij langdurige gesprekken in het donker. Paul Hoornaert dacht altijd aan thuis en was om hen zeer bezorgd. Als hij inzag dat wij treurig waren heeft hij ons willen opbeuren met grapjes te maken en liedjes te zingen om toch ons hart wat op te luchten. In Februari 1944 is Hoornaert overvallen door een hevige hoest, in plaats van naar de dokter te gaan bleef hij liever in het werkhuis werken, met hoge koorts en starende uitpuilende ogen. Blz 121 Wij hebben aangedrongen toch naar de dokter te gaan, wat hij op den duur dan toch heeft gedaan, hij is gegaan. Zonder onderzoek van de dokter kreeg Hoornaert 3 dagen donkere kamer. Toen hij weer in zijn cel kwam was zijn toestand niet verbeterd. Door de hoge koorts en het hoesten is de toestand van uur tot uur verslechterd, de laatste nacht in zijn cel was verschrikkelijk. ’s Morgens heb ik de verpleegster verwittigd die akkoord ging hem naar de ziekenbarak te brengen. Stap voor stap ben ik met hem meegegaan en heb hem tussen de zieken neergelegd op de grond in het stro, ons afscheid is kort geweest, een dikke handdruk met afgekeerde blikken om elkaar geen pijn te doen. De volgende dag ben ik terug gegaan om naar de toestand van Hoornaert te informeren. Eén van de zieken riep toen een paar woorden waaruit ik begreep dat onze vriend in één van die kisten dood lag. De algemene balans van de groep Hoornaert-Dirix die bestond uit 120 man tijdens de tweede wereldoorlog, die in verschillende gevangenissen en koncentratiekampen hebben gezeten, 64 man zijn op dezelfde manier als hun kommandant gestorven, 18 zijn doodgeschoten en twee anderen onthoofd. Op 29 Maart 1943 is er een transport uit Berlijn toegekomen. Daarin bevonden zich de leden van het Mouvement National Belge, de grootste ondergrondse beweging van België. Er waren studenten bij van de Louis Pasteur universiteit te Charleroi; de 21 jarige Emile Gonsette, en de laatste-jaarsstudent ingenieur Georges Ekelmans die actief waren in het Mouvement National Belge te Charleroi onder leiding van Albert Los en Henri Weyersa (20) (19) Jean De Radigues de Chennevrieres bewerking familie boek over Sonnenburg en gegevens van auteur. (20) Le Rappel van 10/8/1943 uit het proces van Los en Weyers die op de 4/1/1943 in Sonnenburg verbleef, hij werd veroordeeld tot 10 jaar gevangenis samen met Francois Declerc uit Koekelberg die ziek was aan zijn longen en Louis Roland uit Vorst Kartoteka w zbiorach – volgens auteur.
Vertaald uit het boek van de Heer Dr Przemyslaw Mnichowski … Emile Gonsette wordt er van beschuldigd hulp te hebben verleend aan de vijand en te hebben geluisterd naar de Engelse Radio. Wordt veroordeeld tot levenslange dwangarbeid. In dat zelfde Proces wordt Ekelmans veroordeeld tot levenslang wegens uitdelen van pamfletten tegen de Duitsers. In het tweede deel van dit proces worden ze in de gevangenis in St Gilles ter dood veroordeeld, maar daarna werd die straf omgezet in levenslange dwangarbeid. In korte tijd is Ekelmans en Gonsette stilaan aan dat leven gewoon geraakt in Aken Dusseldorf, Hanover. Wanneer beiden werden overgeplaatst naar de gevangenis van Sonnenburg is hun leven gebroken. Na enkele weken verblijf in de gevangenis van Sonnenburg is Emile Gonsette ziek geworden wegens verbranding van ingewanden, en hij sterft op 4 november 1943. Ekelmans van zijn kant heeft een brief geschreven naar zijn ouders vanuit de militaire gevangenis van St-Gillis, waarin hij schrijft niet te wanhopen, ik denk altijd aan u, want er zal een tijd komen dat ik zal terugkeren, omdat ik een goede vriend heb die mij helpt en moed geeft. Tot slot heeft Ekelmans al die miserie niet overleefd. Hij wordt bevorderd tot sergeant en als lid van zijn organisatie kreeg hij enkele onderscheidingen na zijn dood; kruis van verzet, orde Leopold met palm, oorlogskruis 1940 en medaille van het verzet. De brief van het ministerie van oorlog lezen wij als verzetslid. In de eerste dagen van de oorlog wordt hij aangehouden en weggevoerd naar Duitsland, waar hij stierf op 15/4/1944 in Sonnenburg. Graf nr 122. Tegen het Hiltler regime en de Duitse bezetter zijn er zowat 30 organisaties ontstaan van verschillende groeperingen in de zomer tussen 1940-45, één van die groepen werkte onder de naam “La Main Noire” genaamd “De Zwarte Hand” die bedrijvig is geweest te PUURS en andere gemeenten. De groep heeft de bevolking opgeroepen en pamfletten uitgedeeld onder leiding van Clement Dielis, om tegen de Duitse bezetters te vechten. Na enkele maanden had de groep verdere aktiviteiten uitgevoerd met sabotages om verder ten aanval te gaan tegen de Duitse bezetters, verder bezat de groep twee eigen radiozenders, daarmee kon zij kontakt namen met Engeland. In oktober 1941 werden twee leden van deze groep aangehouden terwijl zij bezig waren pamfletten uit te delen. Van 12 tot 27 oktober heeft de Duitse politie tientallen personen aangehouden die er van verdacht werden voor deze organisatie te werken, na 1 jaar is er een einde gekomen aan de aktiviteiten van deze groeperingen, gevangenen worden weggevoerd naar Duitsland. Op 15 januari 1943 zijn 25 zwaar beschuldigden van de groep “De Zwarte Hand” voor het tribunaal verschenen. 16 van de 25 worden ter dood veroordeeld en 9 krijgen zware gevangenisstraffen. Tussen de gevangenen bevindt zich een 63-jarige Jan Maris, adjudant bij de gendamerie te Puurs, Jozef Hendrik van Beneden 22 jaar en Jozef Vermaesen. Zij werden op 20 mei overgeplaatst van Hammeln naar de gevangenis van Sonnenburg. Blz 122 en 123 werd vertaald door een poolse vriend MUSKALA Blz 124 Vicktor Gailly, August Huysse, Jean Poncelet, Jean Bapsnyt, Gaston Neegers, Jacques Daneau en Leon Campion zijn gestorven in Sonnenburg de volgende dag de 21/5/1943 genoteerd tweede transport waaronder enkele Belgen Albert Delack, Floren Boeck, Charles Lizin, Alfons Peeters, Lucien Diwick, Camille Demeulenare, René Moreau en Jozef Verbeeck allemaal gestorven in Sonnenburg.
Jozef
Hendrik Van Beneden
gestorven in Sonnenburg 15/8/1943 (Graf 509) Op hetzelfde proces te St-Gillis op 19/1/1942 zijn er nog ter dood veroordeeld: Albert Depelsenaire en William Jennehomme. |